Bezoek aan De Wrekers Studio's

Op het moment van dit bezoek waren mijn vriend Hans en ik 18 jaar. We waren per bromfiets naar Londen gereden en kampeerden daar nabij Chrystal Palace. Ik hield een dagboek bij van de vakantie. Hier het stuk over het bezoek aan het kantoor van Associated Britisch-Pathe die The Avengers distributeerden, naast b.v. The Saint. Ons Engels hield niet over, dus het was wat behelpen met de communicatie. We spraken wel genoeg Engels om onze wensen kenbaar te maken en ruwweg te snappen wat ons werd verteld. Maar de fijne details zijn verloren gegaan.

Vrijdag 26 juli 1968
Vrij vroeg opgestaan, ongeveer half elf. De tent een beetje opgeruimd. Dan naar het postkantoor voor Hans, die postzegels nodig heeft. Later gaan we naar de stad per dubbeldekker. Als we bij Oxford Circus uitstappen, bemerk ik tot m'n schrik dat mijn portemonnee met ruim vier pond (ongeveer Fl. 32,-) kwijt ben. We rennen in paniek achter de bus aan. We lopen ons de benen uit het lijf, maar als we de bus op de terugweg pakken, is de portermonnee weg. We besluiten maar naar Deanstreet te gaan, omdat dat geen geld kost. [Het adres hebben we gekregen van de KRO die de Wrekers in Nederland uitzendt. Ik heb ze al diverse malen geschreven als fanclub secretaris en b.v. de namen van de episodes en de uitzenddata van ze gekregen. Ik vroeg ook om een contactadres in Engeland en kreeg toen dit adres in Londen.]

Hans schiet zolang het benodigde geld voor de bus voor. Als we daar zijn, bekijken we eerst de etalages van A.B.P. We treuzelen echter zolang met het naar binnen gaan (we durven niet goed), dat het een man opvalt. Hij komt naar ons toe en vraagt of hij ons kan helpen. We vertellen hem dat we naar boven moeten, maar nog niet durven. Hij denkt dat we Macnee en Rigg willen zien en zegt dat we die niet te zien krijgen, omdat die ergens anders werken. We praten nog wat langs elkaar en dan hakken we de knoop door: we gaan naar boven. A.B.P. is gevestigd op de derde etage, waar geen mens te zien is. We wachten tot een dikke portier komt, die vraagt of hij ons kan helpen [behulpzaam volkje, die Engelsen!]

Ik vertel hem dat we uit Nederland komen, van The Avengers Association zijn (de naam van de Nederlandse fanclub) en dat we een officiële fanclub willen oprichten en of hij voor foto's enzovoorts kan zorgen. Hij gaat even weg en komt dan vertellen dat er zo dadelijk iemand komt die ons kan helpen. We wachten en lezen het een en ander aan aanwezig promotiemateriaal. Omstreeks drie uur komt een man van middelbare leeftijd binnen met grijs haar die zich voorsteld als Mr. Allen. We vertellen ook hem het verhaal en vragen om papieren, toestemming voor de fanclub, foto's, levensbeschrijvingen, enz. Hij vraagt of we meegaan en we lopen naar de kamer ernaast, waar het magazijn blijkt te zijn. Daar is een vriendelijke dame die allerlei foto's voor ons opscharreld. Ook krijgen we de levensbeschrijvingen. We horen tot onze schrik dat Diana Rigg in de huidige serie niet meer meespeelt en vervangen is door een Canadese actrice, Linda Thorson. Hiermee vervliegt onze droom om Diana Rigg in levende lijve te ontmoeten. We geven haar ons adres in Nederland. Mr. Allen verdwijnt omdat hij nog andere dingen te doen heeft. Wij blijven achter met de dame die nog steeds foto's opzoekt. Wat later vragen we haar of ze het adres weet van de studio's. Ze dacht het wel, maar iets duidelijks horen we niet. Dan komt er een meisje binnen aan wie we het vragen. Die weet het ook niet, maar gaat het aan mr. Allen vragen. Als ze terugkomt, schrijft ze op een papiertje waar we heen moeten gaan. Mr. Allen zal de studio opbellen en vragen of iemand ons rond kan leiden. We vragen naar de uitzenddata van de nieuwe serie. Dat weet zij niet en we gaan naar de kamer ernaast. Daar is een jongeman met bakkebaarden. Hij haalt papieren voor de dag waarop de diverse data staan. Het is erg verwarrend en ik wil het overschrijven. Dat vindt hij niet nodig en maakt er een fotokopie van. Na iedereen uitvoerig bedankt te hebben, gaan we terug naar de camping. Op de camping maken we lootjes, want de 17 foto's moeten verdeeld worden zonder moord en doodslag. We bekijken alles goed en lezen alles en gaan dan koken.

[Omdat we vermoeden dat er in het weekend niet gewerkt wordt in de studio's, zitten we het weekend uit.]

Maandag 29 juli 1968
Vanmorgen om half acht opgestaan. Wassen, aankleden en dan met de bus naar een Dry Cleaner. Ik laat m'n colbert en broek stomen, want ik wil fatsoenlijk aankomen bij de studio's. Ik kan er op wachten. Vandaaruit weer naar het postkantoor voor postzegels. Dan terug naar de camping. Daar staat Hans al klaar. Om op te schieten heeft hij alvast lunchpakketten klaargemaakt. Met behulp van een conducteur vinden we de bus naar Kings Cross. In de tijd dat we wachten op de bus eet ik mijn brood op. Bij Kings Cross hebben we wat moeite met het vinden van het juiste perron. We nemen de trein naar Boreham Wood en moeten even wachten tot die vertrekt. Dan in één ruk door naar Boreham Wood-Elstree. We vragen daar de juiste weg aan een meisje in een garage. Klein misverstand of we in Boreham Wood of Elstree moeten zijn. Maar gelukkig weet ze waar de Ass. Britisch Productions Elstree Studios zijn. Het wordt Boreham Wood... Daar arriveren we om vijf voor een. We hebben het gelopen. Hartje doet boem, boem, boem... We zien dan eindelijk een groot, wit gebouw. Nu treuzelen we niet nog eens, maar gaan direct naar binnen.
We vertellen de portier dat we van The Avengers Association zijn en dat we Mr. Sawford-Dye zoeken. Het is inmiddels half twee geworden. Mr. Sawford-Dye blijkt in de kantine te zitten. Dat heeft de portier al bellend (met de telefoon) uitgezocht. Hij weet echter van niets en wil mij persoonlijk aan de telefoon spreken. Met ingehouden zenuwachtigheid vertel ik hem wie we zijn en wat we willen. Hij weet het dan nog niet. Pas als ik vraag of Mr. Allen niet heeft gebeld, weet hij het ineens weer. Hij zegt dat we naar de kantine moeten komen. We zeggen dat tegen de portier. Een man die bij de portier zit, stelt voor ons er heen te brengen. Wij vinden het best. Buiten vertelt hij ons dat we naar de eerste etage moeten en dan de tweede eetruimte moeten hebben. We hebben even moeite met het vinden van de juiste ruimte. Maar een serveerster brengt uitkomst. Ik vraag het aan haar en ze zegt er ook nog bij wie hem precies is. Een beetje met lood in de schoenen na al dit gedoe lopen we naar het tafeltje. We blijven in de buurt even aarzelen. Dan, om vijf over half twee, lopen we recht op hem af en stellen ons voor. Hij vraagt of we gaan zitten en of we iets eten willen. Enig overleg met de spijskaart in de hand. Het wordt jus d' orange (met sterke bliksmaak) en ijs. Dat wordt even later gebracht.

We vertellen Alan (Mr. Sawford-Dye) wie we zijn, waar we wonen, wat we doen (school, werk) en over The Avengers Association. Ik laat hem mijn schrift zien met alle Wrekersknipsels. Hij is behoorlijk onder de indruk over de inhoud en zegt dat het aardig wat moeite moet hebben gekost. Ik vertel hem dat het in de loop van de tijd zoveel is geworden. Telkens wat nieuws er bij. We babbelen heel gezellig met hem over de film in het algemeen en De Wrekers in het bijzonder. Om vijf voor twee betaalt hij onze verteringen en gaan we op weg. Terwijl Alan even naar de "Gents" gaat, wachten wij in de gang met allemaal ingelijste foto's aan de muren met handtekeningen er op van Roger Moore en aanverwante grootheden.

Buiten blijven Hans en ik even staan bij een geelzwarte Rolls-Royce. Hans vraagt of dat de wagen van Steed is. Alan bevestigt dat, na het aan een toevallig passant te hebben gevraagd. Ik vraag hem hoe dat kan, in onze TV-bladen staat dat Steed in een Bentley rijdt. Alan zegt dat Steed inderdaad in een Bentley reed, maar dat dat om hem onbekende redenen is veranderd. Ik neem er natuurlijk een foto van. We gaan naar een gebouw waar drie enorme deuren in zitten. We nemen de middelste; nummer 9 staat er boven. Binnen is een gigantische ruimte.

Set

Het eerste wat we zien is een kamer met drie wanden. Alan zegt dat het de flat van Steed is. Het is er erg donker, maar toch neem ik er een foto van; de kans is te mooi om voorbij te laten gaan. Alan waarschuwt dat ik op de set zelf geen foto's mag nemen., We lopen naar achteren. Daar is een tweede kamer. Het stelt een advokatenkantoor voor; Dickens, Dickens, Dickens en Dickens. Er zijn vier lessenaars en op drie ervan ligt een grafkrans. Ik vraag aan Alan waar dat voor is. Alan vertelt ons dat het voor een bepaalde scene is, die Patrick Macnee zo dadelijk komt spelen! De scene is ongeveer als volgt:

Steed komt binnen en vraagt aan de heer achter de laatste lessenaar: "Neemt u mij niet kwalijk, maar ik zou graag de heer Dickens willen spreken". De heer schudt dan echter meewarig het hoofd en zegt dan: "Helaas, jongeman, de heer Dickens is vijftig jaar geleden gestorven." en kijkt dan veelbetekenend naar de eerste lessenaar. Steed blijft glimlachen. "En de heer Dickens...?" vraagt hij. "Die is helaas vijfendertig jaar geleden overleden..." antwoordt het mannetje achter de lessenaar. Steed kijkt nog steeds glimlachend naar de derde lessenaar en zegt dan:"'... en de heer Dickens?" De man achter de lessenaar haalt fijntjes zijn schouders op en zegt: "Helaas... helaas...!" Steed haalt diep adem en zegt dan, min of meer wanhopig: "Kan ik dan misschien de heer DICKENS spreken.....?" Waarop de heer achter de lessenaar een lichte hoofdbuiging maakt en zegt: "De heer Dickens, dat ben ik...!"

Alan vertelt dit alles op een bijzonder expressieve manier. We praten nog wat en dan zegt Hans ineens: "Kijk, daar komt-ie!!!" Ik kijk naar het andere eind van de studio en zie inderdaad Patrick Macnee binnenkomen. Hij begroet iedereen met een joviale glimlach. Hij heeft een lichtpaars overhemd aan en een donkergroen-blauwe broek. Zijn bakkebaarden zijn gegroeid en hij ziet er jonger uit. Hij kijkt vluchtig naar ons en trekt dan het jasje aan dat op een stoel ligt. Het jasje heeft dezelfde kleur als de broek en heeft slechts één knoop [mijn colbert heeft er drie]. Bij het binnenkomen had hij een script onder zijn arm, dat hij bij het aantrekken van zijn jasje op een stoel neerlegt. Ik kijk even naar de tekst en Hans vraagt aan Alan hoe deze aflevering heet. Alan zegt dat de titel "Legacy of Death" is. De achttiende aflevering van de serie met Linda Thorson. We vragen Alan of Linda ook mee doet en Alan antwoord dat ze vijftien mijl verderop vakantie houdt.
Patrick heeft ondertussen zijn das gestrikt (donker blauw, breed) en er een enorme dasspeld ingestoken. Hij loopt naar een klaptafeltje, dat links van ons staat en leest de tekst nog eens een paar keer door. De set bestaat dus uit drie wanden met aan één kant een raam. Aan de straatzijde van dat raam hangt een enorm linnen doek. Op dat doek hebben ze een straatgedeelte geschilderd. Alan vertelt dat ze dat altijd zo doen, geen last van straatgeluiden en zo. De set bestaat dan verder nog uit een enorm chaos aan lampen, lampstatieven, microfoons, een z.g. "Dolly" (een verrijdbare camera) en een stuk of tien mensen. Overal staan lampen en schermen om het lamplicht te geleiden. De geluidsman regelt het geluid als Patrick zijn tekst voorleest en de cameraman stelt zijn camera in. Er wordt met een scherm gesjouwd en de regiseur begint om stilte te roepen. Dat is nogal moeilijk, want iedereen heeft de ander nog wat te zeggen. Macnee vraagt waar zijn paraplu is en die wordt hem samen met de bolhoed aangegeven. Alan vertelt ons nog even dat het een doodgewone paraplu is, zonder grapjes als ingebouwde degens of revolvers. Een grijze, wat kalende man neemt een dotje watten en veegt wat zweet weg van Patrick's gezicht. Niet zó vreemd dat hij zweet; ik heb nu zelf ervaren dat het bloedheet is onder al die enorme lampen. Al met al is het dan toch stil geworden en in die stilte houdt iemand het klapbord voor Patrick's hoofd waar de titel en het scenenummer opstaan. De regisseur roept "action" en het bord klapt. Patrick trekt zijn Steed-gezicht en zegt zijn zegje. De vierde, levende Dickens is gekleed in een lange, zwarte pandjesjas en een grijze broek met dunne zwarte streepjes. Hij draagt ook een ouderwets knijpbrilletje. Na de scene roept de regisseur "stop!" en de camera stopt. Patrick kijkt vragend naar de regisseur, die goedkeurend grijnst. De lichten floepen uit en iedereen gaat tegelijkertijd door elkaar heen lopen en praten.

Terwijl wij onze ogen uitkeken, had Alan Patrick even apart genomen en het resultaat daarvan is dat Patrick nu naar ons toe komt. Hij loopt met uitgestoken hand op mij toe en zegt "How do you do?". Ik stel mij voor en dan is Hans aan de beurt. Patrick vraagt wie wij zijn, wat we komen doen en waar we vandaan komen. Alan zegt me dat ik het Avengers Associationschrift moet laten zien. Een beetje nerveus pak ik het schrift aan van Hans en geef het aan Patrick. Die is net zo verbaasd als Alan over de omvang van de documentatie [allerlei knipsels uit TV-magazines en kranten.] Als hij de foto's van Emma Peel ziet, zegt hij dat ze gisteravond nog op de TV zijn geweest. Wij balen natuurlijk. Maar aan de andere kant, waar hadden we TV kunnen kijken? Een poosje later zegt hij plotseling: "Zou je een grote foto van mij willen hebben met een handtekening?" Ik mompel overdonderd iets van "ja" en dat ik natuurlijk alle foto's wil hebben die ik maar krijgen kan. Hij zegt dat hij die nu niet kan geven, aangezien die foto in zijn kleedkamer ligt. Hij vraagt ons adres en ik zeg hem dat ik dat aan Alan zal geven. Als Patrick het schrift heeft bekeken, krijgen we weer een hand en neemt hij afscheid (Pleased to meet you, enz.) waarna hij weer terug gaat naar de set. Ik pak een pen en zoek een papiertje voor ons adres. Ik krijg van Alan een zakboekje, waar ik het adres van The Avengers Association in zet. Alan beloofd voor de foto's te zorgen en zegt dat als we aan Macnee of Thorson willen schrijven, we dat via hem kunnnen doen. Hij stelt voor om verder te gaan.

We lopen naar de andere kant van de studio, naar buiten. Langs Steed's flat een donker kamertje door (een soort 'lichtsluis') en dan naar buiten. Buiten slaan we linksaf naar een soort stadje. We gaan langs houtloodsen, waar allerlei soorten hout ligt. Van hout maken ze daar namelijk zo ongeveer alles. Vliegtuigen, schepen, huizen, noem maar op. Het stadje is een verzameling huisjes van steen, bordpapier en gips. Deze huisjes worden voor zowat iedere serie gebruikt, o.a. voor de Wrekers en de Saint. Hij vertelt ook nog dat de huizen steeds weer anders lijken in de films, omdat ze er dan andere raamkozijnen, deuren, portaaltjes en etalages bij en aan maken. Ook de reklameborden worden steeds veranderd. Ik wil hier een foto van hem maken, maar dat wil hij niet. Hij vindt zichzelf veel te onbelangrijk. Hij heeft een beter idee. Hans en ik moeten in een fopstraatje gaan staan en dan neemt hij daar een foto van. Na de foto gaan we verder. Via allerlei soorten puinhopen gaan we naar een heuvelachtig terrein waar veel buiten opnames worden gemaakt. Onderweg zien we een kapot stuk vliegtuig van hout op ware grootte. Op een gegeven moment zien we in de hoek van het terrein, bij een rij boompjes, een andere set. Alan vertelt dat de Saint daar wordt opgenomen. Ik geloof de laatste aflevering van de serie waar ze nu aan werken. We zien in de verte een auto staan en Hans vraagt of die van de Saint is. Alan knikt en ik vraag welk merk het is. Verbaasd vertelt hij dat ik waarschijnlijk de enige in de wereld ben die NIET weet dat de Saint in een Volvo rijdt. We gaan er niet naar toe, maar bekijken het tafereeltje vluchtig vanuit de verte.

We lopen verder. Via enorme stapels puin en rommel gaan we naar een hal waar allerlei onderdelen van huizen, wanden, cocktailbars, ramen, deurposten, pilaren, enz. liggen. Aan het eind van de hal zien we twee houten modelschepen uit de achtiende eeuw of zo, met totaal gebroken mastjes en tuigjes. Alan vertelt dat deze schepen o.a. gebruikt zijn in een serie die ging over het leven van Captain Hornblower. De schepen worden pas weer opgeknapt als er weer een nieuwe film gemaakt wordt waarvoor ze nodig zijn. Dan is er een budget voor en kunnen ze tenminste ondertussen niet kapot gaan. Het is anders wel een beetje een triest gezicht. Buiten gekomen zien we twee enorme gipsen katten. Alan vertelt dat die ook in een aflevering van de Wrekers zijn gebruikt (The Hidden Tiger). We lopen door naar weer een andere hal. Terwijl we daar heen gaan, vertelt Alan dat de spullen in de aflevering "Mission Highly Improbable" ongeveer twaalf maal vergroot waren. Of twaalf keer verkleind. Dat is goedkoper dan z.g. special effects. In de andere hal worden de idiootste dingen van gips gemaakt. We zien ornamenten, oosterse beeldjes en hoofden. Bovendien zien we ook nog de vormen waar ze in gegoten worden. Die zijn gemaakt van een soort rubberachtig plastic, latex, dat weer opnieuw kan worden gesmolten zodat je het telkens weer opnieuw kan gebruiken. Ze gaan hier wel buitengewoon zuinig om met de spullen. Zo ongeveer alles wordt op de één of andere manier opnieuw gebruikt. Met die gietmallen maken ze ook muren van gips. Ze hebben vormen van allerlei soorten stenen, Oude, nieuwe, hele oude en brokkelige stenen kunnen ze zo gieten. We zien verderop de bouwtekeningen van een nieuwe set van de Wrekers. O.a. van "They keep killing Steed". Hierna gaan we weer naar een andere hal waar iets wordt gebouwd voor een volgende Wrekersaflevering. Soms werken ze aan wel zes afleveringen tegelijk.

In deze hal wordt een Chinese zaal gemaakt. Aan het plafond hangen allemaal lampions en je ziet Chinese gordijnen en beeldjes. De vloer is van marmer ... dachten we. Bij nader onderzoek blijkt het marmerpapier te zijn! Gewoon bedrukt papier...! Aan het eind van de zaal is een soort laag podium. Drie lange treden voeren naar die verhoging. Er staan vazen op en een soort Chinees harnas. Aan het eind van dit platform is een soort schouw. In die schouw ligt een altaar met daarop een doodskist. Alan spreekt een man aan die daar aan het werk is en vraagt hem wat de bedoeling is van dit gedoe. De man vertelt dat het de bedoeling is dat de kist uit de schouw komt schuiven en dan overeind komt. Hij neemt ons mee naar achteren en laat ons de kabels daarvoor zien. Hierna gaan we weer naar het punt van vertrek terug. Onderweg zien we nog een werkplaats waar timmerlui bezig zijn met het maken van ramen, deuren en dat soort dingen. Dan lopen we het eerste gebouw weer in, waar we naar de portiersloge gaan. Daar neemt Alan afscheid van ons. We bedanken hem uitgebreid voor alles en hij beloofd ons nogmaals voor de foto's te zorgen. Als we buiten zijn, maak ik het rolletje film vol met foto's van het gebouw. We gaan daarna naar het dorpje in de buurt met de bus. Daar probeer ik een schroefje voor m'n Hondabrommer te kopen, maar ze hebben hem niet. Uiteindelijk gaan we met de ondergrondse naar Piccadilly Circus, waar Hans gaat gokken. Als hij genoeg heeft verloren gaan we weer naar de camping.

[The Avengers Association werd opgericht op 11 augustus 1967 en officieel bekrachtigd op 26 juli 1968 te Londen.]